Visuele poëzie - Poésie visuelle - Visual poetry

Een retrospectief dat je niet mag missen

13/14 en 20/21 september 2025 - galerie wagenaar van co genieweg 14a velsen-zuid


clavin is koenst


Biography


Hans Clavin, geboren als Hendrikus (Henk) H.H.A. van der Heijden in 1946, was een invloedrijke figuur in de wereld van de concrete en visuele poëzie.


Zijn pseudoniem 'Hans Clavin' werd synoniem met vernieuwende en experimentele kunstvormen die de grenzen van traditionele literatuur en poëzie verlegden. Clavin overleed in 2016 en liet een blijvende erfenis na als een van de pioniers van visuele poëzie in Nederland. Hans Clavin groeide op in een katholiek gezin in IJmuiden, een kustplaats in Noord-Holland die bekend staat om haar haven.


Hij werd geboren als jongste in een gezin met zeven broers en zussen, in een omgeving waar traditionele waarden en religie een grote rol speelden. Én er was een abonnement op het tijdschrift Katholieke Illustratie. Een belangrijk detail.


Op de middelbare school, de Mulo, die hij van 1958 tot 1962 bezocht, begon hij al met het schrijven van gedichten. Aanvankelijk hield hij zich aan klassieke vormen, zoals sonnetten, maar al snel begon hij te experimenteren met de vorm van zijn werk. Hij ontdekte dat de inhoud van een gedicht voor hem minder belangrijk was dan de visuele presentatie ervan. Deze verschuiving werd mogelijk beïnvloed door dichters als Guido Gezelle, wiens werk hij op school bestudeerde en dat hem inspireerde om te spelen met taal en structuur, en het Dadaïsme. Hij ontdekt wat je allemaal met typografie, ruimte en beeld kunt doen.


Hans001


De stijl waarin hij werkte wordt 'concrete poëzie' genoemd. Ook wel 'visuele poëzie', of 'beeldgedicht'. Het gedicht als kijkavontuur, zoals we dat kennen van Paul van Ostaijen, Guillaume Apollinaire of I.K. Bonset, pseudoniem van Theo van Doesburg.


Clavin hield zijn vroege experimenten geheim voor zijn familie, wat wijst op een zekere terughoudendheid of een behoefte aan persoonlijke ruimte voor zijn creatieve ontwikkeling. Zijn fascinatie voor de visuele aspecten van taal groeide, en hij begon te breken met de conventionele opmaak van poëzie, waarbij hij de hele pagina als een canvas gebruikte.


Clavin’s officiële debuut als dichter vond plaats in 1966, toen hij publiceerde in het Rotterdamse tijdschrift 'Vers Univers'. Dit markeerde het begin van zijn betrokkenheid bij de internationale beweging van concrete en visuele poëzie, een stroming die de nadruk legt op de typografische en visuele eigenschappen van taal boven de narratieve inhoud. In datzelfde jaar ontmoette hij Paul De Vree, een prominente Belgische dichter en pionier van de concrete poëzie, tijdens een tentoonstelling in Dendermonde. Deze ontmoeting was een keerpunt; Clavin werd definitief onderdeel van een netwerk van experimentele dichters en kunstenaars die de grenzen van poëzie herdefinieerden.


Hans001


Vanaf dat moment begon Clavin zijn werk wereldwijd te verspreiden. Hij stuurde bijdragen naar tijdschriften in landen als Italië, Japan, Brazilië en Zuid-Afrika, en reisde in de zomervakanties naar steden als Florence en Milaan om collega-dichters zoals Ugo Carrega en Gianni Bertini te ontmoeten. Zijn huis in IJmuiden werd een pleisterplaats voor internationale kunstenaars die in Nederland exposeerden, wat getuigt van zijn centrale rol in deze avant-gardistische beweging. Vanaf eind jaren zestig werkte Clavin aan een wereldwijde kunstenaarsloopbaan, die hem doet exposeren van Dendermonde tot New York, van Liverpool tot Milaan, van Bologna tot Regensburg, en van de bibliotheek Velsen tot het Stedelijk Museum te Amsterdam. 'Koenst', zo noemt hij het.


Hans002


In 1970 richtte Clavin 'Subvers' op, een tijdschrift dat tot 1976 een platform bood voor concrete en visuele poëzie. Via zijn eigen uitgeverijen, 'The Subvers Press' en later 'Fizz-Subvers Press', publiceerde hij niet alleen zijn eigen werk, maar ook dat van andere dichters, zoals Paul De Vree, Herman Damen en Edgardo Antonio Vigo. 'Subvers' verscheen in beperkte oplagen, vaak genummerd en met experimentele elementen zoals losse bladen, collage-achtige composities en ongebruikelijke materialen. Clavin’s eigen werk kenmerkte zich door een veelzijdige benadering van poëzie die hij zelf omschreef als 'totaalpoëzie'. Hij zag alles – van een enkele letter tot een objet trouvé, van collage tot gebaar – als grondstof voor zijn creaties.


Hans003


Zijn kunstenaarsboeken, zoals 'L’histoire de l’histoire' (1968), 'Porno/graphic Poetry' (1971), en 'L’angerie' (1973), zijn opvallende voorbeelden van deze visie. Deze werken combineerden typografie, fotografie, collage en soms fysieke objecten zoals een scheermesje of stalen van wollen draden, die in de boeken waren opgenomen. Ze waren speels, soms grotesk of humoristisch, en vaak kritisch ten opzichte van de massamedia en consumptiecultuur, waaruit hij veel van zijn beeldmateriaal haalde. Vanaf de jaren zeventig werd de collagetechniek dominant in zijn werk. Hij deconstrueerde en manipuleerde beelden en tekstfragmenten uit kranten, strips, films en reclame, maar behield een zekere herkenbaarheid die de kijker uitnodigde om de nieuwe context te interpreteren. Zijn visuele taal werd sterk beïnvloed door de popcultuur, wat zijn werk zowel toegankelijk als uitdagend maakte.


Hans004


In de jaren zeventig begon de Nederlandse literaire wereld de waarde van concrete en visuele poëzie te erkennen. Critici zoals Kees Fens prezen de manier waarop deze dichters het 'ding als ding' lieten zien, en Clavin’s werk werd steeds vaker tentoongesteld. Hij exposeerde regelmatig in De Vishal in Haarlem en nam deel aan internationale tentoonstellingen, zoals 'Concrete Poetry?' in het Stedelijk Museum in Amsterdam (1970). Zijn reputatie groeide, hoewel hij zichzelf altijd meer als een 'doener' dan een 'denker' zag binnen de experimentele beweging.


Hans005


Na de hoogtijdagen van de concrete poëzie in de jaren zeventig, trok Clavin zich gedeeltelijk terug uit de schijnwerpers. Hij bleef echter actief als dichter en kunstenaar, en publiceerde werken zoals 'Totaal' (1976), 'Enige en andere gedichten' (1982), en 'O.' (1998), vaak in eigen beheer onder zijn echte naam, Hans van der Heijden. In 2008 exposeerde hij nog in Brescia, Italië, met 'Visual Poems', wat laat zien dat hij tot laat in zijn leven bleef creëren.


Clavin’s persoonlijke leven kende ook dieptepunten. In zijn 50ste levensjaar overleed zijn vrouw, wat een zware slag voor hem was. In 1998 publiceerde hij de gedichtenbundel 'O.' ter nagedachtenis aan haar. Haar naam was Olga en op de omslag van de bundel is de letter 'O' verdwenen, net als zijn vrouw... Hij leefde in zijn latere jaren relatief teruggetrokken, met zijn hond als gezelschap, maar zijn passie voor poëzie bleef intact. Hij zag overal 'Koenst' (zoals hij het noemde) in. Zijn voorgedragen gedichten waren vaak een performance, en altijd vergezeld van een sigaar.


Hans006


Hans Clavin verruilde in 2016 het tijdelijke voor het eeuwige, en werd in besloten kring gecremeerd. Zijn werk wordt nog steeds gewaardeerd door liefhebbers van visuele en concrete poëzie en is opgenomen in collecties zoals die van het Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen (MHKA). Hij liet een oeuvre na dat getuigt van een unieke visie: poëzie als een visuele en materiële ervaring, waarbij de grens tussen kunst en taal vervaagt. Zijn bijdrage aan de Nederlandse en internationale avant-garde is onmiskenbaar, en zijn experimentele geest blijft een inspiratiebron voor hedendaagse kunstenaars. Clavin’s leven en werk illustreren een zoektocht naar vrijheid binnen de beperkingen van taal en vorm.


Hans007


Van IJmuiden tot de internationale podia van de concrete poëzie, zijn reis was er één van durf, speelsheid en een onwrikbaar geloof in de kracht van het visuele.


Zijn wapens, zijn gereedschap...

Tool1 Tool2

Tool3


Hulde aan Hans Clavin - Maart 2016, Nuel Gieldes, stadsdichter van Haarlem

Hans overleed op 28 februari 2016

Hulde


Interview met Hans Clavin, 28 oktober 2000


Vergeten dichter Hans Clavin, De Groene Amsterdammer, door Joris van Casteren – verschenen in nr. 43: Lees een kopie van het artikel


Contactpersoon (dochter): Colien vd Heijden